Antwoorden hartziekten

 

1. Wanneer er iets mis is met de vorming van de elektrische prikkel of met de geleiding van de prikkel. Een hart dat te snel klopt, te langzaam klopt, onregelmatig klopt of wanneer de boezems en kamers niet goed samenwerken zijn verschillende afwijkingen.

2. Enkele oorzaken zijn een hoge leeftijd, een operatie aan het hart of een aangeboren hartafwijking.

3. Een pijnlijk gevoel op de borst, dat in eerst instantie ontstaat bij inspanning of hevige emoties. Het hart krijgt op dat moment te weinig zuurstof.

4. Meestal is het door vernauwing van de kransslagaders op het hart door slagaderverkalking, wanneer de bloedvaten nauwer zijn, stroomt er minder bloed, en dus ook minder zuurstof door.

5. Wanneer de pompfunctie van het hart vermindert.

6. Systolisch en diastolisch hartfalen.

7. Een hartinfarct ontstaat als gevolg van vernauwingen in de kransslagaders, slagaderverkalking genoemd.

8. Een sporthart is een vergroot hart, dit ontstaat door topsport en intensief trainen en is in principe een gezond hart.

9. Slagaderverkalking is een langzaam proces in de bloedvaatwand, dat ervoor zorgt dat de slagaders steeds nauwer worden.

10.  Ze ontstaan doordat de kleppen in de aders niet goed sluiten en er bloed terugstroomt. Ze kunnen pijnlijke benen of kuiten veroorzaken, met name na lang staan.

11. Een erfelijke aandoening veroorzaakt een storing in de bloedstolling omdat er een bepaalde stollingsfactor ontbreekt.

12.  Via de familiale geschiedenis, door laboratoriumtesten of door een bloedproef.